1. Formation
Dat  is  de domste
slimste
saaiste		 vraag
jongen
film		 die ik ooit gehoord heb
ontmoet heb
gezien heb		 .
Dat is het domste
duurste
saaiste
mooiste		 antwoord
kledingstuk
boek
 dat ik ooit gehoord heb
gekocht heb
gelezen heb
 .
 
  1.1. Le superlatif se forme en ajoutant [ -st(e) ] à l'adjectif.

 

1.2. Retenons qu'on emploie [meest+ adjectif] entre autres:

(i) devant un participe passé:
(1) Wat is de meest gelezen krant in Vlaanderen?
(2) Wat is de meest gestelde vraag?
(3) Wat is het meest vervangen onderdeel van de auto?
(4) Dat is de meest misplaatste grap sinds jaren. (La blague la plus déplacée – la plus mauvaise blague - depuis des années).

(ii) pour des raisons de prononciation devant un adjectif qui se termine par[-st],[-pt] et [-isch]:
(5) (robuust) Jan Sterck is de meest robuuste kerel van allemaal.
(6) (woest = sauvage) De meest woeste streek van de V.S. is misschien wel ‘Death Valley’.
(7) Volgens de meest pessimistische geluiden zal de zomervakantie met twee weken ingekort worden.
(8) Wat is het meest corrupte land van West-Europa?

 
 

1.3. Quelques superlatifs sont irréguliers; les principaux sont:

goed 
best(e)

Zij doet dat … , 
Kristel is mijn ... vriendin. 

bien
meilleure

veel 
meest(e)

Ik zie ... films, 
Sarah ziet de ... films. 

beaucoup
la plupart

weinig 
minst(e)

Zij heeft … geld, 
Bij de ... beweging schiet ik. 

peu
(au) moindre (mouvement)

graag 
liefst 

Ik zwem … , 
Hij drinkt ... koffie. 

volontiers (j'aime …)
de préférence



2. Accord ou pas ? 
2.1. S’insérant dans la construction : « het/de + superlatif + nom », le superlatif employé comme épithète (adjectif déterminant le nom) varie, comme tout adjectif dans les mêmes conditions. Revoyez au besoin ce chapitre: Accord de l'Adjectif
(snel) = de snelste auto
(indringend: "qui va au fond des choses") = het meest indringende onderzoek
(gek) = de gekste dingen
(jong) = het jongste kind
(goed) = Anicks beste vriend
2.2. Le superlatif est fréquemment utilisé dans une construction (dite) elliptique, c.-à-d. avec (en l’occurrence) un substantif sous-entendu. Dans ce cas, on reprend l’article (du substantif sous-entendu) et on fait varier le superlatif:
Die weg is de beste. 
(de beste weg van de mogelijke wegen)
Dat kind is het jongste. 
(het jonste kind van alle (aanwezige) kinderen)
Die film is de spannendste. 
(de spannendste film van al de films die ik gezien heb)
Dat verhaal is het mooiste. 
(het mooiste verhaal van alle verhalen die ik gelezen heb)
2.3. Le superlatif peut aussi être utilisé comme attribut. Dans ce cas, il prend la forme : ‘het + adjectif + st(e)’. Ce (e) final est facultatif.
Die weg is het beste / het best (van de mogelijke wegen).
In de lente is die streek het mooist / het mooiste.
Die jongen is het knapst / het knapste.
2.4 Le superlatif peut aussi encore être utilisé adverbialement. Dans ce cas, il prend aussi la forme : ‘het + adjectif + st(e)’. Ce (e) final est facultatif.
Ik werk het hardst(e) als ik onder druk sta.
Gaëlle werkt het hardst(e) (van allemaal).
Ik verwacht ze het vroegst(e) morgen.
2.5. Comme tout adjectif, le superlatif peut parfois être employé substantivement. Il prend alors les marques de tout substantif.
De kleinsten moeten thuis blijven.

De grootste draagt de zware koffer.

 
3. Remarques
3.1. Dans certaines expressions (dites ‘idiomatiques’), on trouve aussi des superlatifs:
Dat kan best / Dat is best mogelijk = C’est tout à fait possible.
Stoor ik ? Nee, niet in het minst = Pas le moins du monde.
Ze deed haar uiterste best = Elle a fait de son mieux.
Ze waren ten minste 5 minuten laat = au moins / pour le moins
Dat is ten strengste verboden = C’est tout à fait interdit.
Ze zal zeker niet komen. Ja, dat kan best = C’est tout à fait possible.
Beste Jan, hoe maak jij het ? = Cher Jan, comment vas-tu ?
Met de meeste hoogachting (en fin de lettre = veuillez recevoir …)
3.2. Certaines expressions sont des superlatifs (dits) absolus; le superlatif prend la forme « aller + superlatif »:
Het is de allereerste keer dat zoiets gebeurt. (la toute première fois)
Dat is van het allerhoogste belang. (de la plus grande importance)
Hoe laat vertrekt de allerlaatste bus? (le tout dernier bus)
3.3. Il existe encore un superlatif qui prend la forme: « OP + déterminant possessif + st ».
In dat pak ben je op je mooist. (le plus beau)
In dat pak is hij op z’n mooist. (le plus beau)
In die jurk is ze op haar mooist. (la plus belle)
Dans cette expression, le déterminant possessif s’accorde (en genre et nombre) avec le sujet de la phrase:
Ik werk op m’n hardst, hoor. (Du mieux que je peux)
Hij werkt op z’n hardst. (Du mieux qu’il peut)
Ze werkt op d’r hardst. (Du mieux qu’elle peut)
Ce n’est cependant pas le cas avec certaines expressions figées dans lesquelles l’expression « op + possessif + st » se comporte comme un adverbe:
Ze is op z’n minst 50 jaar, hoor. (Elle a pour le moins 50 ans).
Sarah wordt op z’n vroegst volgende week verwacht. (au plus tôt).
We zullen op z’n laatst / op z’n vroegst om twee uur thuis zijn.
On aura compris que c’est la pratique qui permet de retenir ces expressions …
 




Le Déterminant | Le Nom | Le Pronom | L'Adjectif | Le Verbe | L'Adverbe

Responsable Gramlink: Prof. Dr. Pierre GODIN <Pierre Godin>
Website Manager: Marc PIWNIK <Marc Piwnik> - Last Modified: 10 JUN 2018
© UCL – www.gramlink.com – 1999-2018